Voedsel, erfgoed en de Waterlinie – food for thought?
Deze blog is een uitnodiging voor iedereen in en om de Waterlinies om mee te denken en suggesties te doen om duurzame voedselproductie en consumptie, landschap en het verhaal van de Waterlinie met elkaar te verbinden. Dit idee is, samen met een aantal prominente partners (UU, GU en PU en V6) uitgewerkt in het project Utrecht Food Freedom, ook te vinden op de Werkplaats Waterlinies.
Eten is onmisbaar en overal
Eten, de voedingsmiddelen die voor de bereiding daarvan nodig zijn, de gereedschappen, de bereidingswijzen en de hele cultuur rondom eten, is samen met zuurstof en water fundamenteel voor de mens. We kunnen 3 minuten zonder zuurstof, 3 dagen zonder water en 30 dagen zonder eten, dan gaan we dood.
Ons dagelijks leven is doordesemd van eten en bezig zijn met eten, zorgen voor eten, voor jezelf, je gezin of familie, thuis, op je werk, als vrijetijdsbesteding, op vakantie. Van het moment van opstaan: wat eet ik als ontbijt?, moet ik nog naar de bakker? Via je lunchpakket voor je werk: neem ik wat mee of lunch ik in de kantine? Tot aan het avondeten: kook ik vandaag?, moeten er nog boodschappen worden gedaan? Als je het door zou rekenen, zijn we in Nederland naar schatting 3 tot 4 uur per dag met eten bezig, van je ochtendboterham naar nog een laatste stukje kaas vlak voor het slapen gaan.
We zien eten de hele dag om ons heen, bij de benzinepomp, als we door een stad wandelen, in de bedrijfskantine waar we werken, na het sporten bij onze sportclub, als we uitgaan in de vele eettentjes, restaurants en snackbars.
Het heeft een veel prominentere plek gekregen in het leven. Was eten in vroeger tijden vooral brandstof voor de menselijke motor, een noodzaak en bron van energie om aan het werk te kunnen, vandaag de dag is eten en voedsel meer. Het is een tijdverdrijf, amusement, hobby en vraagt meer tijd en aandacht van de mens dan vroeger.
De afgelopen 100 jaar is de verbinding tussen wat we eten en hoe dat eten van het land op ons bord komt een stuk vager geworden. Waren mensen 100 jaar geleden zelf nog boer, tuinder, visser of waren hun opa’s en oma’s dat en was het houden van een paar kippen en een moestuin nog heel normaal. Vandaag de dag is de uniforme en fabrieksmatige productie, presentatie en verkoop van voedsel de norm geworden. Vrijwel niemand haalt meer zelf voedsel bij de boer of vist om te eten, hooguit nog als hobby.
De wereld in je huis
Mondialisering van de economie, schaalvergroting in het bedrijfsleven, politiek die zich op een steeds hoger abstractieniveau in Brussel lijkt af te spelen, maakt dat de mens een nostalgische hang ontwikkelt naar de (ogenschijnlijke) eenvoud en ongehaastheid van het leven van vroeger. Een hang naar een wereld die je makkelijker leek te kunnen begrijpen, die zich direct om je heen afspeelde.
Natuurlijk houden we onszelf daarin graag voor de gek en zijn we ziende blind voor de mindere kanten van dat verleden. De medische zorg van nu willen we niet kwijt, noch het vakantievliegen naar verre landen, het gemak van de mobiele telefoon of internetbankieren en het online bestellen van een pizza (toch weer eten).
Erfgoed is een opvallende exponent in die hang naar het verleden. Het museumbezoek neemt al jaren explosief toe, mensen wonen graag in een jaren ’30 huis of nieuwbouw die daar op lijkt, op vakantie bezoekt men met plezier kerkjes terwijl we al decennialang geen lid van een kerk meer zijn, binnensteden en landgoederen moeten (visueel) zo origineel mogelijk bewaard worden.
Globalisering is ongrijpbaar en kan beangstigend zijn. De fabriek die je spullen maakt staat niet meer aan de andere kant van de stad maar aan de andere kant van de wereld.
Omdat onze consumptiegoederen en ons voedsel van over de hele wereld naar Nederland komen en dat anoniem en identiteitsloos is geworden, hebben we behoefte aan het oude vertrouwde, ambachtelijke en lokale. In die behoefte vervult erfgoed een belangrijke rol.
Die ommekeer is iets van de laatste 50 jaar. Tot diep in de jaren ’70 vierde het moderne, het nieuwe, het strakke hoogtij. Delen van binnensteden werden gesloopt, nieuwbouwwijken gebouwd volgens de nieuwste architectonische inzichten. Het zou vandaag de dag ondenkbaar zijn om de historische singels van Utrecht te slopen voor een Hoog Catharijne, maar in 1966 kon dat zonder al teveel rumoer gebeuren.
Zo ook met betrekking tot voedsel en eten: de magnetron, de kant-en-klaar maaltijd, het TV diner, voorverpakte en gesneden groenten, exotische vruchten. Het waren allemaal verschijnselen van de moderniteit, ook in voeding en eten en we omarmden die moderniteit graag.

De echte zelf bakkende bakker verdween uit het straatbeeld, evenals de slager, groenteboer en visboer. De alomvattende supermarkt nam het heft in handen, met King Korn en Knorr als de koning van het schap.
Erfgoed als voedingsbodem
Nu we voor een nieuwe omwenteling staan in het welzijn van de mens, deels gedwongen door klimaatverandering, de uitputting van fossiele brandstoffen en andere grondstoffen, deels uit de waarachtige drang naar een gezondere leefstijl en leefomgeving, kan die hang naar het verleden die we zo opvallend aanwezig zien in de maatschappij, ingezet worden om die transities zowel vorm als inhoud te geven. Erfgoed draagt bij aan de identiteit en lading en kan in de vorm van een moderne gedateerdheid (vrijwel letterlijk “oude wijn in nieuwe zakken”) de burger en de samenleving mee te nemen in die verandering.
Het zijn drie punten om te benadrukken: een nieuwe manier van leven en eten koppelen aan het vertrouwde van erfgoed; historische kennis en ervaring inzetten om de voedseltransitie te ondersteunen; het fysieke gebruik van erfgoed in de voedseltransitie bevorderen.
Het vertrouwde gevoel bij erfgoed “dit staat er al zo lang, hier is opa nog geweest”, de eigenheid van het oude, het verhaal wat bij historische gebouwen, streken, landgoederen en landschappen hoort, maakt de stap naar de nieuwe manier van omgaan met voeding, voedsel en eten gemakkelijker dan vanuit een laboratorium of anonieme, moderne fabriek. Dat is één aspect van de kracht van erfgoed.
Een tweede is de inhoudelijke waar de mensheid al duizenden jaren ervaring heeft met slimme manieren van voedsel produceren, bewaren en bereiden, zonder de (soms vervreemdende) kracht van moderne technieken en processen. De afgelopen 100 jaar zijn we die ervaring uit het oog verloren, al dan niet bewust opzij geschoven omdat “het nieuwe, het moderne” toch beter was dan het oude. Onderzoek naar oude technieken van landgebruik, wisselbeplanting, van gebruik van plant en dier zoals we dat nu niet meer doen en van voedingsmiddelen die we als “ouderwetsch” aan de kant hebben geschoven, levert een schat aan informatie op die zeer bruikbaar is bij de voedseltransitie waar we momenteel voor staan.
Ten derde kan onroerend erfgoed en landschappelijk erfgoed wat veelal vanwege de beschermde status “ongebruikt” in de economische zin van het woord moest blijven, ingezet worden als proeftuin voor nieuwe vormen van voedselproductie en bereiding. Oesterzwammen kweken op koffiedik en kaas maken in oude bunkers en forten, ‘urban farming’ in monumentale fabrieksgebouwen, bierbrouwen in leegstaande kerkgebouwen, allemaal vormen van een veranderende kijk op erfgoed, voedsel en de samenleving.

De Waterlinie opnieuw in stelling gebracht
Het erfgoedensemble van de Nieuwe Hollandse Waterlinie (HWL) of andere landschappelijk verankerde identiteits-verhalen moet een sterke positie innemen vanwege een aantal bijzondere eigenschappen die deze 19e-eeuwse verdedigingslinie onderscheidt van ander erfgoed.
De HWL is zowel onroerend erfgoed, met een 50-tal forten, vestingsteden en kastelen, als landschappelijk erfgoed met een brede strook van inundatievelden en vrije schootsvelden die nog grotendeels intact zijn.
Daarbij maakt deze combinatie van vele historische punten en een groot buitengebied de Linie buitengewoon functioneel binnen de voedseltransitie. Ze kent zowel binnenruimten voor ontwikkeling, verkoop en promotie als landbouwgrond daaromheen die ingezet kan worden voor duurzame nabijheidslandbouw.
De eenduidige uitstraling van de HWL versterkt de vermarkting van voedseltransitie met kernbegrippen als veiligheid (de Linie zorgde vroeger voor landsverdediging, nu voor verdediging van welzijn en gezondheid), innovatie (de Linie was een zeer innovatieve verdedigingsmethode en is nu innovatief in het hergebruik ten behoeve van voedsel), verbinding stad – land (de Linie verdedigde de Randstad aan de oostkant daarvan en ligt nu als een groene buffer tegen de grote steden aan), het kenmerk van stoerheid die zowel bij het historische verhaal van de Linie past als bruikbaar en toepasbaar is op de voedseltransitie. Tenslotte is daar de laagdrempelige toegankelijkheid van de Linie voor brede groepen uit de samenleving. De Linie leent zich door de mix van forten en landschap bij uitstek ook voor initiatieven vanuit de burger zelf.
Op een hoger abstractieniveau zorgde de Waterlinie ooit voor de bescherming van de Nederlandse natie, niet alleen door de militaire verdediging bij een aanval, ook door het beschermen van de voedselvoorziening van het achterland van de Linie, met zowel akkerbouw- als veeteeltgronden, havens voor visserij en de bevolkingsconcentraties die van dat voedsel afhankelijk waren. De Linie zorgde bij een belegering van het land dat dit het lang zou kunnen uithouden zonder zich over te hoeven geven, gedwongen door honger en ziekte.

Dit hogere abstractieniveau komt in de combinatie Waterlinie & voedseltransitie terug in de beschermende armen van de Linie ten aanzien van de hernieuwde zorg voor gezond, duurzaam en lokaal beschikbaar voedsel voor de bewoners van het omliggende gebied.
Erfgoed en voedsel naar de toekomst
De Waterlinie is een prachtig en concreet voorbeeld van erfgoed wat momenteel volop in ontwikkeling is en door de combinatie van gebouwen en omliggend open land, bij uitstek geschikt is voor de combinatie van erfgoed en voedsel. Kent u binnen de Waterlinie, binnen andere waterlinies of bij andere erfgoedlandschappen zoals de Waterlinie mogelijkheden om bij te dragen aan de voedseltransitie? Neem dan contact met UFF op.
De Waterlinie, smaakvol erfgoed
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Dit artikel is verbonden aan het initiatief UFF, Utrecht Food Freedom. UFF is een gemeenschap van betrokkenen bij erfgoed en voeding in de Provincie Utrecht die zich inzet voor het agenderen van het belang van gezonde en duurzaam vervaardigde voeding voor de burgers in de verstedelijkte omgeving van Utrecht. Daarmee draagt UFF bij aan een gezondere levensstijl, een meer duurzaam gebruik van natuur en milieu en een herwaardering van het landelijke gebied direct om de stad Utrecht heen. De Nieuwe Hollandse Waterlinie, de 19e-eeuwse verdedigingslinie in het hart van ons land, is als grootste rijksmonument en aankomend Werelderfgoed een component met toegevoegde waarde voor deze ambitie. Vanuit voedselinhoudelijke en identiteitsaspecten van dit erfgoed draagt de Waterlinie in hoge mate bij aan het initiatief van UFF.
UFF vraagt iedereen om mee te denken, suggesties te doen voor onze activiteiten, of zich als partner bij UFF aan te sluiten. Heb je suggesties? Mail mij.